Uit het fotoboek van mijn oma. Een ons onbekende dienstmeid, vermoedelijk een vriendin van haar. |
Dat ik dit nog moet meemaken! Een
pleidooi van Antoinette Vlieger in mijn lijfblad NRC Handelsblad (
'Fulltime werken kan: met hulp in huis', 24/25 januari) voor het
toelaten van meer buitenlandse hulp in Nederlandse huishoudens. De
cirkel is rond. De Nederlandse vrouw moet voltijds kunnen werken en
daarvoor is dus hulp in de huishouding uit het buitenland nodig. In
mijn jeugd heette zo'n hulp dienstmeisje of recht toe recht aan
werkster of in Vlaanderen poetsvrouw. Mijn oma aan vaders kant was
voor dat ze trouwde dienstmeid geweest bij goeie families.
Ja, vrouwen moesten vroeger ook al
werken. Niks nieuws onder de zon. Bitter noodzaak was dat. Teveel
kinderen thuis, te weinig inkomen dus de dochters het huis uit als
dienstmeisje scheelde al meteen een slok op een borrel. Als ze dan ook
nog wat overhielden van hun kost en inwoning was dat mooi meegnomen
voor de rest van het gezin. Want wat je verdiende was gezinseigendom
en niet een zakcentje om leuke kleren voor te kopen of uit te gaan.
Dat was voor dat soort mensen niet weg gelegd. Uitgaan deed je een
keer in de week. Naar de zondagse mis.
Uit de discussie in NRC over parttime
werkende vrouwen begrijp ik dat de Nederlandse vrouw van vandaag full
time moet werken om straks niet in de armoedeval van het gebrekkige pensioen te vallen. Vertrouw niet op je partner of je kinderen maar
alleen op jezelf als vrije en onafhankelijke vrouw is het devies. Wat
je maar vrij en onafhankelijk noemt. Je hele leven loonslaaf om
straks van je pensioen te genieten als je voor die tijd al niet onder
de zoden ligt, dementeert of in een vervallen verzorgingstehuis bent
ondergebracht door je ondankbare kinderen terwijl je ex zich ook nog
vermaakt met een jong ding. Lach niet. Ik ken mannen die hun
leven hebben vergald en hun dromen verknalt vanwege hun pensioen. Een
andere baan zou hun pensioen in gevaar brengen. Dat komt ervan als je
vrij wilt zijn en van het leven genieten met volledige garantie voor
de toekomst.
Uit het fotoboek van mijn oma. Een onbekende vriendin vermoedelijk ook dienstmeid. |
Mijn oma had geen mooie herinneringen
aan haar tijd als dienstmeisje. De gang schrobben met koud water en
zeep op je blote knieën, zo vertelde ze . De was doen in de winter
was iets verschrikkelijks Je handen werden paars en rood. Poetsen,
stoffen, vegen, bedden afhalen en opmaken, WC's schoonmaken enz. De
vrouw des huizes was je baas en die waren volgens mijn oma nooit
gemakkelijk. De moeder van mijn vrouw, de oma van mijn kinderen
onderging voor, tijdens en na de oorlog hetzelfde lot. Maar haar
bazen waren iets gemakkelijker: een kruideniersvrouw en een
bakkersvrouw. Die hadden wel andere zorgen aan hun kop dan de mooie
madam uithangen. Die hadden begrip voor hun dienstmeid.
Trouwen was voor hen een bevrijding van
dit vernederende werk. Zo lang als het duurde, want het kan
natuurlijk altijd misgaan in een huwelijk. Maar dat was nog altijd
beter dan je leven lang de dienstmeid zijn bij een ander in huis. Je
sliep onder het dak van een ander in een kamertje ergens achteraf, je
at in de keuken van een ander, je moest de rommel en de rotzooi van
een ander opruimen en altijd netjes gehoorzamen. Het chagrijn,
geruzie, pesterijen van kinderen, de onhebbelijkheden van de vrouw
en/of de heer des huizes moest je er allemaal bijnemen. Wat waren
mijn oma en mijn schoonmoeder blij dat ze daar na hun trouw vanaf
waren.
Wordt vervolgd