zaterdag 9 februari 2013

SYBRAND BOEMA

CDA Leider Sybrand Buma voert dapper oppositie tegen het vuige kabinet Rutte II.


De Nederlandse politiek is weer in de ban van het CDA. Hoe komt dat zo? Eenvoudig. PvdA en VVD zijn in hun kwajongens bravoure bij de kabinetsformatie voor het gemak even vergeten dat ze in de Eerste Kamer geen meerderheid hebben. Dat betekent dat ze altijd een gedoogpartner van de oppositie nodig hebben om de wetsvoorstellen erdoor te krijgen. Vandaag gooit het CDA zijn kont tegen de krib van de kabinetsplannen tot huurverhoging en leegroven van de woningbouwcooperaties. Morgen doet de SP dat of D66. Het kabinet Rutte II gaat het nog heel moelijk krijgen.

Dat de PvdA zijn handen in de zakken steekt van de woningbouwcooperaties kan ik begrijpen. Die partij is het aangeboren om alles naar den Haag te zuigen om vervolgens uit naam van de zwakken en armen Nederland te herverkavelen. Maar gezond is dat sociaal democratisch centralisme niet, dat overigens aardig aansluit bij de Nederlandse regelzucht van bovenaf. Dat begint al met de welstandscommissies die alles en iedereen in de gaten houden. Woningbouwpolitie zou een beter woord zijn voor die commissies.

Met die huurverhogingen wil het kabinet gezinnen die in verhouding tot hun inkomen te goedkoop wonen dwingen een huis op stand te kopen. De huurverhoging staat dus volledig los van de vraagprijs voor een huis. Het is uitsluitend een van staatswege opgelegde maatregel. Staatsdwang heet dat, in het kader van de herverkaveling. Dat de PvdA daar geen moeite mee heeft, kan ik begrijpen maar dat de VVD zich nu ook al leent voor dit soort maatregelen gaat boven mijn pet.

Het zou nog mooi zijn als de woningbouwcooperaties deze huurverhoging zouden kunnen gebruiken om hun woningbestand uit te breiden of te verbeteren. Niks daarvan. De woningbouwcooperaties worden voor de lieve som van 2 miljard aangeslagen door de staat. Wat die er mee gaat doen? Dat weten we niet. Windmolens bouwen, natuurgebieden aanleggen, dijken verhogen of gewoon het financieringstekort omlaag brengen? Het belangrijkste voor de politici is dat ze weer geld hebben om te kunnen beslissen wat goed is voor woningzoekenden, scheefwoners, onderhuurders en kamerbewoners.

Waarom mag de burger niet zijn eigen huis bouwen op zo goedkoop mogelijke grond aangeboden door de gemeenten zoals in België gebruikelijk is? Is dat de Hollandse regelzucht, het eeuwig verlangen naar conformisme met de burgerlijke smaak als norm voor alle woningbouw, de angst voor anarchie of de eeuwige hebzucht van politici? Goedkope grond betekent ook goedkope woningen gebouwd door woningbouwcooperaties, door projectontwikkelaars of door individuele burgers.

Dat het Nederlandse model van geen kanten werkt, kun je het beste zien aan de altijd durende woningnood van de rode stad Amsterdam. Daar is altijd en eeuwig gehannes met woningen en woningbouw. Gaat dat ooit opgelost worden? Nee nooit want de gemeentelijke overheid heeft nog andere prioriteiten zoals herverkaveling van het woningbestand ten gunste van het stadsproletariaat, zoveel mogelijk verdienen aan de grond om nog meer te kunnen herverkavelen ( huursubsidies, vervoersubsidie enz.) en handhaving van het woonconformisme.

Het ergste van deze Rutte II maatregel is, en daar heeft het CDA groot gelijk in, dat met het afromen van de huurverhoging voor een bedrag van 2 miljard er minder geld overblijft om te investeren in de woningbouw en dat terwijl de werkloosheid in die sector almaar oploopt en de vraag naar goedkope woningen groot is. Laat het CDA maar een lekker gat schieten in deze hopeloze kabinetsplannen. Niet dat daardoor de hele woningmarkt verbetert, daar geloof ik niet in. Daarvoor is de Nederlandse politiek te verknocht aan regelgeving met uitschakeling van de marktwerking ten behoeve van de herverdeling. Dat is een mentaliteitskwestie waar het CDA zelf ook nogal eens last van heeft. Maar goed, alle beetjes helpen, dus vooruit Buma wordt maar de Boema van dit kabinet.




dinsdag 5 februari 2013

ZIJN DORP IS ZIJN MUZE (bij de dood van Roger Raveel)

Schilderij van de Vlaamse kunstenaar Roger Raveel. Helaas kon ik de titel van dit werk niet achterhalen. Toch heb ik het geplaatst omdat dit schilderij de titel van deze blog zo duidelijk onderschrijft.

Het zal begin jaren negentig zijn als ik het werk van de Machelse kunstenaar Roger Raveel leer kennen in zijn eigen museum naast de dorpskerk van Machelen. Ik was verrast omdat ik zijn werk niet kende. Lag dat aan mij of was men in Nederland toen nog niet zo bekend met zijn werk? Ik las nu bij zijn overlijden dat hij in de loop der jaren toch wel wat tentoonstellingen in Nederland heeft gehad. Een onbekende bekende dus. Dat is Raveel zelf blijkbaar ook parten blijven spelen want hij beklaagde zich in interviews geregeld over gebrek aan erkenning. Merkwaardig voor iemand die intussen in eigen land de ene erkenning na de andere op hoog niveau (adelstand) had gekregen terwijl hij toch zijn hele leven lang welbewust in zijn eigenste Vlaamse dorp is blijven wonen maar daar ondertussen wel al ver voor zijn dood een eigen museum heeft. Wat voor erkenning streefde hij dan na?

Ik kan het hem helaas niet meer vragen maar ik vermoed dat hij vindt dat hij eigenlijk vindt dat hij de Amerikaanse pop-art kunstenaars ver vooruit was terwijl zij met de eer gingen strijken die uitgevonden te hebben. Hij verwees dan ondermeer naar zijn schilderij met vogelkooitje dat in het museum hangt. Maar waarom zou een Vlaamse schilder zich druk maken om zoiets als je toch tevreden bent met leven en werken in je eigen dorp? Had hij zelf niet het advies van kunstbroeder en vriend Hugo Claus om naar Amerika en het grote New York te gaan, afgewezen? Had hij dat net als Karel Appel indertijd wel gedaan dan was hij wellicht internationaal eerder en verder doorgebroken.Maar het had natuurlijk ook een mislukking kunnen worden. Eerlijk gezegd, denk ik dat hij uiteindelijk bang was voor de grote wereld daarginds.

Hij was en bleef een dorpeling van het Vlaamse platteland. Daar getuigen zijn schilderijen van. Raveel gebruikte heldere frisse kleuren van begrijpelijke en met liefde geschilderde figuren en voorwerpen uit zijn dorpse omgeving. Zijn werken zijn sobere, eenvoudige geschilderde gedichten die een ode zijn aan zijn medemensen en zijn dorp. Uit elk werk spreekt zijn verbondenheid met zijn omgeving. Zijn kracht is dat hij zich al die jaren over dat dorpse leven blijft verwonderen. Hij heeft gelijk. Je hebt geen grote stad nodig om je te verbazen over het mysterie van het leven. Dat kun je overal en misschien wel zeker zo goed rond de kerk van je dorp. Zijn vrouw, zijn buren, zijn dorp, het plattelandsleven waren zijn muzen. Zo bezien is Raveel een voortzetting van grote Vlaamse schilders als Brueghel.

In veel van zijn werken tref je, groot of klein, een wit vlak aan. Wat daarvan de betekenis is, heb ik nooit gelezen in zijn interviews. Het kan een compositie element zijn. Een wit vlak om het evenwicht aan de compositie te geven. Dat zou zo maar kunnen. Of moet je zo'n wit vlak zien zoals het wit tussen de regels van een gedicht? Een grafisch onderdeel van het geheel? Dat kan ook want zijn schilderijen zijn ook sterk grafisch. Maar zo'n wit vlak geeft ook vaak de indruk van iets onafs. En misschien is het dat ook wel wat Raveel ons kijkers wil vertellen. De wereld, zijn dorp, het leven is niet af, is nooit af. Er moet altijd en telkens opnieuw aan gewerkt worden of hier of daar bijgewerkt. Hoe dan ook, zijn op het eerste gezicht evenvoudige werk, roept bij nader inzien toch de nodige vragen op, zowel schilderkunstig als over het leven, en is dat niet wat de taak is van een serieuze schilder?

Roger Raveel is op 91 jarige leeftijd op 30 januari jongstleden overleden. Het Roger Raveelmuseum eert hem met een tentoonstelling.